Innovatie is het sleutelwoord voor de toekomst, want stilstand is achteruitgang. Niet voor niets stimuleert de overheid bedrijven die innoveren met allerlei stimulerings- en financieringsregelingen. Bent u benieuwd of innovatie ook voor uw onderneming loont?
Wat is innovatie?
Als ondernemer bent u op zoek naar mogelijkheden om de toegevoegde waarde van uw bedrijf te vergroten. U denkt na over hoe u producten, diensten en processen kunt verbeteren en vernieuwen. U speelt in op nieuwe vragen vanuit de markt. Want op die manier bent u succesvol, doen klanten graag zaken met u en heeft de concurrent het nakijken.
Een rondje op internet leert ons dat innovatie gelijkstaat aan vernieuwing. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is het begrip innovatie te omschrijven als: alle activiteiten die gericht zijn op vernieuwing in een bedrijf. Innovaties kunnen volgens het CBS zowel technologisch als niet-technologisch van aard zijn. Bij technologische innovatie gaat het om het vernieuwen dan wel sterk verbeteren van producten, diensten of de processen waarmee producten en diensten worden voortgebracht. Van niet-technologische innovatie is bijvoorbeeld sprake bij vernieuwingen in de organisatie.
WBSO voor speur- en ontwikkelingswerk
Een van de belangrijkste fiscale stimuleringsregelingen voor innovatie is de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO). Met de WBSO kunt u de loonkosten voor speur- en ontwikkelingswerk (S&O) binnen uw bedrijf verlagen, maar ook de overige S&O-kosten en -uitgaven.
Ook als zelfstandig ondernemer kunt u gebruikmaken van de WBSO. U moet dan wel minimaal 500 uren per jaar besteden aan S&O.
Welke projecten komen in aanmerking?
Onder de WBSO vallen twee soorten projecten:
- ontwikkeling van technisch nieuwe (onderdelen van) fysieke producten, fysieke productieprocessen of programmatuur;
- technisch-wetenschappelijk onderzoek.
Werkgevers kunnen een afdrachtvermindering van loonbelasting krijgen voor werknemers die (gekwalificeerd) S&O-werk verrichten. Een ondernemer die S&O-werk verricht, kan de aftrek speur- en ontwikkelingswerk toepassen. Aftrek of afdrachtvermindering kan echter alleen als de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) een S&O-verklaring heeft afgegeven. Als werkgever kunt u maximaal vier keer per jaar een digitale WBSO-aanvraag indienen. Bent u zelfstandig ondernemer, dan geldt dit maximum niet.
U kunt uw aanvraag uiterlijk de dag voorafgaand aan de aanvraagperiode indienen. Start uw aanvraagperiode op 1 mei? Dien uw aanvraag dan uiterlijk 30 april in. Hierop is één uitzondering: start de aanvraagperiode op 1 januari, dan moet u uw aanvraag uiterlijk 20 december het jaar ervoor indienen. U mag vier keer per jaar een aanvraag indienen.
Bent u een zelfstandig ondernemer zonder personeel? Dan start de aanvraagperiode vanaf de datum dat u de aanvraag indient tot het einde van het kalenderjaar.
Let op! De uiterste termijnen voor het indienen van een aanvraag voor de WBSO in 2022 zijn:
- 30 september 2022 voor ondernemers die werknemers in dienst hebben (u wilt WBSO aanvragen voor het laatste kwartaal van 2022);
- 30 september 2022 voor zelfstandigen (u wilt WBSO aanvragen voor 2022).
Door de samenvoeging van de RDA (Research & Developmentaftrek) met de WBSO moet u als werkgever (S&O-inhoudingsplichtige) bij de eerste WBSO-aanvraag voor 2022 aangeven of u kiest voor het werkelijke bedrag aan kosten en uitgaven of voor een forfaitair bedrag.
Wat levert het op?
De S&O-afdrachtvermindering bedraagt in 2022 32% van de totaal gemaakte S&O-(loon)kosten en uitgaven voor zover deze niet meer bedragen dan € 350.000, en 16% over het meerdere. Er geldt geen maximum voor de S&O-afdrachtvermindering.
De S&O-aftrek voor de ondernemer bedraagt in 2022 € 13.360. Omdat de RDA als zelfstandige innovatieregeling is komen te vervallen, is hiervoor ook geen aanvullende S&O-aftrek meer mogelijk in de inkomstenbelasting.
Is de verschuldigde loonheffing in een aangiftetijdvak niet voldoende om een evenredig deel van de S&O-afdrachtvermindering te kunnen verrekenen, dan mag u een restant verrekenen met andere aangiftetijdvakken die vallen in het kalenderjaar waarop de S&O-verklaring betrekking heeft.
Extra budget voor startende ondernemingen
Werkgevers die als starter worden aangemerkt, krijgen een S&O-afdrachtvermindering van 40% in plaats van 32% over de eerste € 350.000 van de totale S&O-(loon)kosten en uitgaven. Startende zelfstandigen krijgen een extra S&O-aftrek van € 6.684.
S&O-administratie
U bent verplicht om een S&O-administratie bij te houden van de uitvoering van uw projecten. Uit deze administratie moet blijken welke S&O-werkzaamheden zijn verricht en hoeveel tijd daaraan is besteed. De bewaartermijn van de administratie is zeven jaar. Heeft u bij de eerste WBSO-aanvraag voor 2022 gekozen voor ‘werkelijke kosten en uitgaven’ en niet voor een forfaitair bedrag, dan moet u ook hiervoor een administratie bijhouden. Binnen drie maanden na afloop van het kalenderjaar moet u het aantal gerealiseerde S&O-uren en de eventuele werkelijk gemaakte kosten en uitgaven per S&O-verklaring melden aan RVO.nl.
Alle informatie over de WBSO vindt u terug op de website www.rvo.nl.
Innovatiebox in de vennootschapsbelasting
Heeft u voor uw eigen innovatie een S&O-verklaring ontvangen en onderneemt u in de vennootschapsbelasting, dan is de innovatiebox wellicht interessant voor u. De winsten die u maakt met innovatieve activiteiten kunt u onderbrengen in de innovatiebox. U betaalt dan aanzienlijk minder belasting: in plaats van het maximale belastingtarief van 25% geldt een effectief tarief van 9%. De voorwaarden zijn streng en er geldt een boxdrempel. U kunt elk jaar beslissen of u gebruik gaat maken van de innovatiebox.
Vanaf 2017 heeft u alleen nog toegang tot de innovatiebox als u beschikt over een S&O-verklaring. Grote bedrijven (netto(groeps)omzet € 250 miljoen of meer in vijf jaar en bruto voordelen uit innovatieve activa van € 37,5 miljoen in vijf jaar) hebben naast een S&O-verklaring nog een tweede toegangsticket nodig (bijvoorbeeld een octrooi).
Nexusbenadering
De Nexusbenadering betekent kort gezegd een beperking als u (een deel van) de S&O-activiteiten uitbesteedt aan een verbonden lichaam, oftewel een ander bedrijfsonderdeel. De voordelen die aan dit uitbestede deel zijn toe te rekenen, komen niet voor de innovatiebox in aanmerking.
Forfaitaire regeling
Kunt u de innovatiebox toepassen, dan mag u ook kiezen voor een forfaitaire regeling. Deze houdt in dat u 25% van uw totale winst mag aanmerken als voordeel voor de innovatiebox. De forfaitaire regeling kent een maximum van € 25.000. U kunt maximaal drie jaar gebruikmaken van deze forfaitaire regeling.
Financieringsregelingen voor innovatie
De ontwikkeling van nieuwe producten, diensten en processen is duur. Heeft u een innovatief idee, maar beschikt uw bedrijf niet over de benodigde financiële middelen, dan biedt wellicht het Innovatiekrediet voor u uitkomst. Hiermee kunnen veelbelovende innovatietrajecten worden gefinancierd. Het is een risicodragend krediet. Tot 2022 varieerde de rente van 7 tot 10%, afhankelijk van het risicoprofiel en het type ontwikkelingsproject. Vanaf 2022 geldt een nieuwe rentestructuur voor terugbetaling van het Innovatiekrediet. Deze bestaat uit rente plus een vaste opslag over het vastgestelde krediet. Het rentepercentage voor 2022 is 3% samengestelde rente. Daarbij komt een eenmalige vaste opslag van 15% voor technische projecten en 25% voor klinische projecten. Over deze opslag betaalt u géén rente. De aanpassing van de structuur is per 1 januari 2022 ingegaan voor nieuwe aanvragen. Verhogingsaanvragen voor kredieten die voor 1 januari 2022 zijn toegekend behouden de oorspronkelijke rentestructuur. Ook voor Innovatiekredieten die tot 31 december 2021 zijn toegekend, blijft de oude rentestructuur van kracht. De nieuwe rentestructuur is met name gunstig voor langlopende kredieten. Betaalt u een krediet echter snel terug, dan betaalt u per saldo meer dan vóór 2022.
Garantiestelling
Er zijn meer financiële regelingen vanuit de overheid. Om uw toegang tot kredieten te vergemakkelijken, biedt de overheid diverse garantieregelingen. Door de garantiestelling zal een kredietverstrekker eerder bereid zijn u een lening te verstrekken. Beschikt u als innovatieve ondernemer over een S&O-verklaring, dan biedt de overheid binnen de regeling Borgstelling MKB Kredieten (BMKB) een aanvullende garantieregeling. In de reguliere regeling betreft het borgstellingskrediet 50% van het krediet dat de bank verstrekt, voor een periode van één jaar. De borg van de overheid bedraagt 90% van dit borgstellingskrediet.
Let op! De omvang van het borgstellingskrediet in de BMKB-regeling is vanwege de coronacrisis tot 1 juli 2022 verhoogd van 50 naar 75% van het krediet dat de financier (vaak een bank) verstrekt. De borg van de overheid bedraagt 90% van dit borgstellingskrediet. Daardoor kunnen banken makkelijker en sneller krediet verruimen, lopen ze hierbij minder risico en hebben bedrijven dus de mogelijkheid om eerder en meer geld te lenen. Bovendien zal de regeling ook toepasbaar zijn op overbruggingskredieten en rekening-courantkredieten met een looptijd tot twee jaar.
Subsidieregelingen voor innovatie
Naast subsidies in de vorm van fiscaal voordeel of krediet zijn er ook subsidies in de vorm van een financiële bijdrage. Er zijn subsidies voor onderzoek en ontwikkeling, subsidies voor samenwerking en innovatie, subsidies die speciaal voor uw branche gelden en provinciale subsidies voor innovatie. Voor meer informatie over subsidies kunt u naast www.rvo.nl ook terecht op www.ondernemersplein.nl.
Voor als het u duizelt
In het voorgaande hebben wij een aantal regelingen voor u op het gebied van innovatie op een rij gezet. Maar er zijn nog zo veel meer! Wij kunnen ons voorstellen dat u wel wilt innoveren, maar dat u niet precies weet welke mogelijkheden u heeft en welke stappen u moet nemen. Bovendien moet u erop bedacht zijn dat het gaat om veelal ingewikkelde regelingen met vaak een beperkt budget. Win daarom informatie bij ons in. Wij helpen u graag verder!
Disclaimer
Hoewel bij de samenstelling van deze Advieswijzer de uiterste zorg is nagestreefd, wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor onvolledigheden of onjuistheden. Vanwege het brede en algemene karakter van de Advieswijzer, is deze niet bedoeld om alle informatie te verschaffen die noodzakelijk is voor het nemen van financiële beslissingen.