Onroerendezaakrechtspersonen
De verkrijging van in Nederland gelegen onroerende zaken, van daarop gevestigde beperkte rechten alsmede van de economische eigendom is ingevolge artikel 2 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer 1970 (hierna: Wet BVR) een belastbaar feit voor de overdrachtsbelasting.
In deze praktijkhandreiking wordt op hoofdlijnen ingegaan op de regeling van artikel 4 Wet BVR. De praktijkhandreiking is een update van de handleiding uit 2016 en 2022. De belangrijke jurisprudentie die sindsdien is gewezen (tot medio september 2024), is in deze update verwerkt.
Wij besteden in deze praktijkhandleiding geen aandacht aan buitenlandse situaties. Evenmin besteden wij aandacht aan rechten van lidmaatschap van verenigingen of coöperaties (artikel 4 eerste lid onderdeel b Wet BVR). Vragen hierover kunt u uiteraard wel voorleggen aan vaktechniek@sra.nl.
Update oktober 2024
Met ingang van 1 januari 2025 gaat een eind 2023 aangenomen wetswijziging in, waardoor overdracht van de aandelen van een OZR zonder heffing van overdrachtsbelasting niet meer mogelijk is, tenzij de onderliggende onroerende zaken minimaal twee jaar na verkrijging voor minimaal 90% voor btw-belaste activiteiten worden gebruikt. De praktijkhandreiking is in verband hiermee geactualiseerd.
Inloggen
Om verder te kunnen lezen, zult u moeten inloggen.
InloggenHeeft u nog geen inloggegevens? Kies hieronder wat voor u van toepassing is.