Sla menu over
Thuis in uw branche
  • Publicatiedatum:07-12-2021

Toepassing eigenwoningregeling bij terugverhuizen naar oude woning

Helpdesk Fiscaal

Met enige regelmaat bereiken ons vragen over de eigenwoningregeling in de inkomstenbelasting. De toepassing daarvan is niet zelden complex, ook in relatief ‘alledaagse’ situaties van verhuizen en aangaan of verbreken van partnerschap. De hierna behandelde vraag illustreert die complexiteit. Het betreft de toepassing van de regels in een situatie dat een nieuwe woning wordt betrokken, echter de oude woning niet wordt verkocht en uiteindelijk weer terugverhuisd wordt naar die oude woning.

Cliënt koopt in 2018 een nieuwe woning, gaat deze (pas) bewonen in februari 2020 – schrijft zich dan ook daar in -  en verkoopt deze woning weer in juli 2020 om terug te keren naar de oude woning, die nog steeds te koop stond. 

In tijdsvolgorde is dus concreet sprake van de volgende relevante gebeurtenissen:

Periode Oude woning Nieuwe woning
2018 Hoofdverblijf Aankoop
2018 tot en met januari 2020 Te koop, hoofdverblijf, ingeschreven BRP op dit adres Leegstaand
februari 2020 tot en met juli 2020 Leegstaand en te koop Hoofdverblijf, ingeschreven BRP op dit adres
juli 2020 Leegstaand en te koop Verkoop
augustus 2020 - heden Hoofdverblijf, ingeschreven BRP op dit adres

Wat zijn nu de gevolgen ten aanzien van de eigenwoningregeling? Heeft de oude woning box 1 tussentijds verlaten of geldt hier de verhuisregeling? Hoe zit het met de gerealiseerde overwaarde op de verkoop van de nieuwe woning? Heeft deze overwaarde invloed op de aftrekbaarheid van de eigenwoningschuld die nog altijd rust (en is blijven rusten) op de oude woning? Of is ten aanzien van deze overwaarde sprake van een eigenwoningreserve, die pas van invloed is bij een eventuele volgende aankoop van een eigen woning (mits niet tussentijds vervallen)?

Antwoord Vaktechnisch bureau: